Vandaag in het duin: Op zoek naar het ruig viooltje

Ruig viooltje door Theo Baas

Elke maand hebben we het over een dier of plant die je op dat moment in de duinen kunt spotten.


Het vroege voorjaar is de bloeitijd van de viooltjes in de duinen. Het ruig viooltje is één van de vijf min of meer algemeen voorkomende viooltjes die omstreeks april – mei in de duinen bloeien. Naast ruig viooltje zijn dat: het duinviooltje, maarts viooltje, hondsviooltje en bleeksporig bosviooltje.

Habitat

Ruig viooltje is plaatselijk algemeen in de kalkrijke duinen tussen Bergen en Voorne. Je vindt de plant in de bloemrijke duingraslanden, droge valleien en op duinhellingen. Hij kan zowel in de volle zon als op matig beschaduwde plaatsen groeien. In de duinen bij Bergen groeit ruig viooltje vaak samen met het zeldzame zandviooltje in valleien tussen laag kruipwilgstruweel.

Kenmerken

Aan het begin van het bloeiseizoen is het goed opletten om welke soort het gaat. Later, als de bladeren van ruig viooltje uitgroeien, is het niet zo moeilijk meer: de bladeren van zandviooltje blijven klein. Ruig viooltje onderscheidt zich van de andere soorten door de vanuit een bladrozet ontspringende behaarde bladeren met een hartvormige voet die tijdens en na de bloei verder uitgroeien. Anders dan bij maarts viooltje vormt de plant geen uitlopers.

Mierenbroodje

Omdat er vanuit het bladrozet vaak meerdere stengels ontspringen, heeft de plant meestal een bossige groeiwijze. Na de bloeitijd verslapt de bloemsteel, waardoor de vrucht op de grond komt te liggen. De zaden bevatten een sappig deeltje, genaamd mierenbroodje, waar mieren gek op zijn. De mieren gaan met de zaden aan de loop en zorgen zo voor de verspreiding. Bij de meeste andere viooltjes worden de zaden weggeschoten.

Vegetaties met ruig viooltje zijn later in het seizoen vaak heel bloemrijk met soorten als echt bitterkruid, walstrobremraap, agrimonie, gewone veldbies, gewone vleugeltjesbloem en grote tijm.

Gerelateerde berichten

Ze zijn nu niet te vinden, of schaars. Ze wachten betere tijden af in de vorm van larve of pop, ze zitten diep in de grond, houden een winterslaap, zijn zuidwaarts vertrokken of zitten bij de kachel een stukje voor Duin te schrijven.
Wie op sporen let tijdens een duinwandeling, ziet vooral veel prenten van honden, met daarbij die van hun baasjes. Een sneeuwlaagje onthult –vaak schrikbarend– hoe veel huiskatten ’s nachts op pad zijn geweest.
De aalscholver is een opvallende vogel die je bijna overal kan zien, zeker als er water in de buurt te vinden is. Ze broeden in grote kolonies, vooral bij de grote wateren zoals het IJsselmeer. Maar ook in de duinen zijn grotere en kleinere kolonies te vinden.