Vandaag in het duin: Op zoek naar de nachtegaal

Nachtegaal door Henk Bos

Elke maand hebben we het over een dier of plant die je op dat moment in de duinen kunt spotten.
Zijn zang heeft een bijna mythische status. Dankzij de betoverende klanken treedt de nachtegaal op in tal van verhalen, gedichten en sprookjes. In het voorjaar gaan mensen mee met speciale nachtelijke excursies om dit moois met eigen oren te beluisteren. Maar je kan ook zelf op zoek gaan naar deze zangvogel. De nachtegaal is tegenwoordig in Nederland een echte duinvogel, ook omdat hij elders sterk is afgenomen.

Ook overdag

Om nachtegalen te spotten is het niet nodig om in het holst van de nacht op pad te gaan. De meeste nachtegalen zingen is de vroege ochtend en ook ’s avonds zijn ze te horen. Op mooie dagen kun je zelfs midden op de dag hier en daar nachtegalen horen zingen. De beste periode is half april tot begin juni.

Dichte Duinstruiken

Nachtegalen broeden in dichte duinstruwelen met duindoorn of meidoorn en een dichte ondergroei. Ze zijn het meest talrijk in de duinen bij Den Haag en in Noord- en Zuid- Kennemerland waar uitgestrekte duinstruwelen te vinden zijn. Ook in de duinen van Voorne, Goeree en Schouwen komen ze veel voor. Ze zijn niet schuw: soms zit er een nachtegaal pal naast het pad vrolijk te zingen.

Onopvallend uiterlijk

De nachtegaal dankt zijn faam aan zijn zang. Qua uiterlijk is het een onopvallende bruine vogel. Uiterlijke kenmerken helpen sowieso nauwelijks bij het vinden van deze vogel, want hij laat zich weinig zien. Het herkennen van de zang is dus de beste manier om de nachtegaal te vinden.

Het is niet eenvoudig het gevarieerde nachtegalenlied te beschrijven. Beluister het daarom op vogelbescherming.nl (‘ontdek vogels’, zoek via ‘nachtegaal’ en klik op ‘herkenning’) of op xeno-canto.org. Het meest opvallende is de grote afwisseling, met krachtige rollers en af en toe een aanzwellend ‘juu juu juu juu juu’.

Gerelateerde berichten

De zebrarups is een gemakkelijk herkenbaar duindier. Hij is opvallend oranje-zwart gestreept en laat zich volop zien, een signaal aan insecteneters: eet mij niet, want ik ben giftig! Voor ons is hij daardoor niet moeilijk te vinden. Het is de rups van de sint- jacobsvlinder: twee namen, één soort.
Duinconsulent Cindy Kleyn en boswachter Paul van der Linden van PWN verwelkomden zo’n 25 deelnemers. Twee van hen kwamen helemaal uit Eindhoven, speciaal voor deze excursie. ‘We zijn al 25 jaar lid van Duinbehoud en zagen de aankondiging. We hebben een zwak voor deze streek, waar we ook vandaan komen’. De excursie op landgoed Marquette sloot goed aan bij de lezingen in Naturalis de dag ervoor: cultuurhistorie, biodiversiteit en collectieve kracht.
We spreken elkaar bij  kwelder De Putten, een ‘wegrestaurant voor vogels’ achter de Hondsbossche Duinen. Foppe komt aanlopen en vertelt dat hij op zijn wandeling tussen dijk en duin vergezeld werd door twee roodborsttapuiten: ‘weet je waarom die hier zitten?’ Foppe houdt van het gidsen en deelt zijn kennis graag: ‘kijk maar eens naar al dat duinzand en die duindoorns, daar schuilen ze in, broeden vlak bij de grond en eten ervan! Eigenlijk net als de kneu die hier ook broedt’.